God 60

Een verjaardag duurt een dag. Dat is logisch. Het zit namelijk al in het woord: verjaar-dag. Ja toch? Nee hoor, als het om God gaat, duurt een verjaardag wel zeven dagen. Dat is ook logisch. Bovendien is het niet zomaar een verjaardag: God bereikt vandaag de respectabele leeftijd van zestig jaar. Over vijf jaar mag God met pensioen en het zal mij benieuwen hoeveel dagen Zijn verjaardag dán in beslag gaat nemen. Veertien waarschijnlijk.

Het begon het afgelopen weekend al in menig krantenbijlage en in diverse actualiteitenrubrieken. “Wel verhip, is Hij nog steeds jarig?”, dacht ik toen ik afgelopen maandag langs een marathonuitzending over God zapte. Fout gedacht: Hij was nóg niet jarig (evenmin als wij). Waarom dan toch toen al op tv? Omdat het God was natuurlijk. Of omdat erom was gedobbeld.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik toen al aardig verjaardagsmoe was. Een week geleden was immers al het bericht gekomen dat de club van Godenzonen had besloten Zijn gewaad niet meer te bezoedelen. Allemaal omdat God zestig zou worden.

We hebben het natuurlijk ook niet over zomaar een God (en bijvoorbeeld niet over de Duitse vrouw voor wie uw scribent God ooit hield). We hebben het over een God zoals wij Nederlanders die graag zien. Eentje die in één ding redelijk goed was of is (in het geval van deze God zelfs uitmuntend, dat moet ook ik toegeven), maar die vooral geliefd is vanwege Zijn wat schlemielige bijrollen. God kan geen zin Nederlands (of Spaans) fatsoenlijk afmaken. God verspreekt zich regelmatig. God vertelt doorgaans grote onzin. God doet het als Leider eigenlijk ook niet zo best. Gelukkig maar, want Goden zonder menselijke eigenschappen, daar houden we in ons land niet van. Vanavond ongetwijfeld nog een flinke dosis God op tv. Vast en zeker vol versprekingen, onzin en mislukkingen en met niet al te veel van datgene waar God ooit echt goed in is geweest. Maar dat is logisch.